To translate this website in different languages click here.
Melaatsheid is geen ziekte

ZIEKTE WORDT GENEZEN, MAAR MELAATSHEID MOET WORDEN GEREINIGD.
Melaatsheid, zoals we dat in de Bijbel tegenkomen, is geen ziekte en is ook niet te vergelijken met wat tegenwoordig melaatsheid of lepra wordt genoemd. Bij sommige vormen van melaatsheid worden lichaamsdelen zoals vingers, tenen of oren steeds verder aangetast (Numeri 12:10-12). Volgens Gods wet moet een melaatse ‘Onrein, onrein!’ roepen en in afzondering wonen (Leviticus 13:45-46). Ook huizen en voorwerpen konden door melaatsheid worden aangetast. In Leviticus 16 wordt melaatsheid een plaag genoemd.
Melaatsheid is een straf op zonden, onreinheid.
Koning Uzzia die met het wierookvat naar het reukofferaltaar ging, wat hij als niet-Leviet niet mocht doen, werd door God met melaatsheid gestraft. 2 Kron. 26:18-21
Gehazi werd gestraft omdat hij beloningen opeiste die hem niet toekwamen.
2 Kon. 5:27 Daarom zal de melaatsheid van Naäman zich voor eeuwig aan jou (Gehazi)en aan jouw nageslacht hechten. Toen ging hij bij hem weg, melaats, wit als de sneeuw.
Mirjam werd melaats omdat ze kwaad sprak van Mozes:
Numeri 12: 10 De wolk week van boven de tent, en zie, Mirjam was melaats, wit als sneeuw. Toen keerde Aäron zich om naar Mirjam, en zie, zij was melaats.
Er is een thematisch verband tussen deze drie voorbeelden (Mirjam, Uzzia en Gehazi) van melaatsheid als straf van Adonai:
In elk van de drie voorbeelden daagde de persoon die met melaatsheid geslagen was de autoriteit van Adonai’s gezalfde dienaar uit! Mirjam betwistte Mozes' van Godswege toegewezen autoriteit. Koning Uzziah probeerde zich een taak toe te eigenen die alleen aan de priesters voorbehouden was. Elisa's dienaar Gehazi tastte de autoriteit van Elisa's beslissing aan om geen beloning van Na'aman aan te nemen.
Dat Metzora geen gewone ziekte is, maar een openbaar maken van verborgen zonden, blijkt ook uit het Nieuwe Testament. Yeshua genas veel zieken en dan staat er in het verslag ook dat Hij de mensen genas. Maar steeds in het geval dat het om melaatsheid gaat, wordt het woord “REINIGEN” gebruikt, zoals dat ook zo genoemd wordt in het eerste testament. Dat onderscheid maakt Yeshua ook heel duidelijk in Mattheüs 10:8:
GENEES ZIEKEN, REINIG MELAATSEN
Mattheüs 8:2 En zie, er kwam een melaatse. Die knielde voor Hem neer en zei: Heere, als U wilt, kunt U mij REINIGEN.
Mattheüs 10:8 Genees zieken, REINIG melaatsen, wek doden op, drijf demonen uit. U hebt het voor niets ontvangen, geef het voor niets.
Mattheüs 11:5 blinden worden ziende en kreupelen kunnen lopen; melaatsen worden GEREINIGD en doven kunnen horen; doden worden opgewekt en aan armen wordt het Evangelie verkondigd;
Markus 1:40 En er kwam een melaatse naar Hem toe, die Hem smeekte en voor Hem op de knieën viel en tegen Hem zei: Als U wilt, kunt U mij REINIGEN
Markus 1:41-44 En Jezus, innerlijk met ontferming bewogen, stak Zijn hand uit, raakte hem aan en zei tegen hem: Ik wil het, word GEREINIGD! En toen Hij dit gezegd had, week de melaatsheid meteen van hem, en hij werd GEREINIGD. 44 en zei tegen hem: Denk erom dat u tegen niemand iets zegt, maar ga heen, laat uzelf aan de priester zien, en breng als offer voor uw REINIGING wat Mozes voorgeschreven heeft, tot een getuigenis voor hen.
Lukas 5:12-14 En toen Hij in een van die steden was, gebeurde het, zie, dat er een man vol melaatsheid was. En toen hij Jezus zag, wierp hij zich met het gezicht ter aarde en bad Hem: Heere, als U wilt, kunt U mij REINIGEN.
13 En Hij stak Zijn hand uit, raakte hem aan en zei: Ik wil het, word GEREINIGD. En meteen verliet de melaatsheid hem.
14 En Hij beval hem dat hij het aan niemand zou vertellen. Maar ga heen, zei Hij, laat uzelf aan de priester zien, en breng een offer voor uw REINIGING, zoals Mozes bevolen heeft, tot een getuigenis voor hen.
Yeshua kon de melaatse naderen en aanraken. Hij werd niet onrein. Bij Hem gebeurt het tegenovergestelde. Hij wordt niet besmet, maar van Hem gaat reinheid uit naar de onreine.
Lukas 7:22 En Jezus antwoordde en zei tegen hen: Ga heen en bericht Johannes wat u gezien en gehoord hebt, namelijk dat blinden ziende worden, kreupelen kunnen lopen, melaatsen GEREINIGD worden, doven kunnen horen, doden opgewekt worden en aan armen het Evangelie verkondigd wordt.
Lukas 17:14 En toen Hij hen (de melaatsen) zag, zei Hij tegen hen: Ga heen en toon uzelf aan de priesters. En het gebeurde, terwijl zij heengingen, dat zij GEREINIGD werden.
Lukas 17:17 Toen antwoordde Jezus en zei: Zijn niet de tien GEREINIGD? Waar zijn dan de negen anderen?
GOD BIEDT DE MELAATSE HULP OM TERUG TE KEREN IN DE SAMENLEVING!
Er is REINIGING van melaatsheid mogelijk. En zodra dat gebeurt, wordt hij voor YAHWEH gesteld alsof hij nooit melaats is geweest. Het is een volkomen reiniging. Zo is het ook met ons allen die gereinigd moeten worden van die dodelijke ziekte: de zonde. “En worden om niet gerechtvaardigd door Zijn genade, door de verlossing in Christus Jezus” (Rom. 3:24). De melaatse wordt gereinigd en de zondaar wordt gerechtvaardigd. Rechtvaardig voor God, door het volkomen werk van Christus, alsof hij nooit een zonde begaan had.

Ida