English & other languages: click here!

1 Petrus 2 - Levende Steen - gezag - lijden

Petrus die een apostel voor 'de besnedenen' is, moet weer van de grond af beginnen met het verkondigen van de redding door het bloed van Yeshua. Ze hebben eerst nog melk nodig. Er behoort dorst te zijn naar die melk. Door verbondenheid aan Yeshua groeit het geloof. Yeshua wordt voorgesteld als de Levende Steen, die als onwrikbaar fundament geldt voor hun geloof. Hij is het op Wie de gelovige Joden in de verstrooiing kunnen bouwen, door zelf levende stenen te zijn.  Zo'n steen kan een struikelblok zijn voor hen die niet willen geloven. De Israëlieten mogen een heilig en koninklijk priesterschap vormen om de grootheid van YHWH aan de volken te verkondigen.  Het is belangrijk dat zij onder de heidenen een zuivere levenswandel hebben, al zal er over hen kwaad gesproken worden. Dit behoort tot het lijden van Yeshua, wiens levenswandel ze moeten volgen om daarin te overwinnen. Ze moeten de overheid gehoorzamen, en wie slaaf is moet zijn meester gehoorzamen. Dit geldt niet alleen voor goede meesters, maar ook in minder goede omstandigheden. De gelovige heeft een roeping om te lijden, maar zal daarin God verheerlijken. Daarvan is Yeshua het voorbeeld.

1 Petrus 2:1-3 Leg dan af alle slechtheid, alle bedrog, huichelarij, afgunst en alle kwaadsprekerij. 2. En verlang vurig, als pasgeboren kinderen, naar de zuivere melk van het Woord, opdat u daardoor mag opgroeien, 3. indien u tenminste geproefd hebt dat de Heere goedertieren is.

Leg dan af alle slechtheid, alle bedrog, huichelarij....... het woordje 'dan' geeft aan dat het hier om een gevolgtrekking gaat van het voorafgaande. Daaruit konden ze ook de goedheid van YHWH  'geproefd hebben'. 

verlang vurig, als pasgeboren kinderen, naar de zuivere melk van het Woord....... zoals het bij een natuurlijke geboorte normaal is dat het kindje wil drinken, zo hoort het bij de geestelijke wedergeboorte ook te zijn. Het is van belang dat de kinderen ook de zuivere melk van Gods Woord krijgen toegediend.  Alleen dan kunnen ze groeien naar volwassenheid.

1 Petrus 2:4-5 en kom naar Hem toe als naar een levende steen, die wel door de mensen verworpen is, maar bij God uitverkoren en kostbaar, 5. dan wordt u ook zelf, als levende stenen, gebouwd tot een geestelijk huis, tot een heilig priesterschap, om geestelijke offers te brengen, die God welgevallig zijn door Jezus Christus.

kom naar Hem toe als naar een Levende Steen........ een steen wordt in de Bijbel vaak genoemd als beeldspraak voor YeshuaDeze steen wordt echter niet als dood materiaal gezien, vandaar de toevoeging  "Levende".  Het is het onwrikbare, sterke karakter waarom de steen als beeld wordt gebruikt en vooral de toepassing als geestelijk bouwmateriaal. Bouwstenen waren in Bijbelse tijden vaak rotsblokken, uitgehouwen uit een steengroeve. God nodigt ons uit om tot die Levende Steen Yeshua te komen.

Als we verbonden zijn met die Levende Steen, vindt er wedergeboorte plaats en worden we levende stenen om te worden gebouwd op het Fundament, de Hoeksteen: Yeshua HaMashiach.  Die steen was prominent aanwezig bij Israëls tocht door de woestijn. "zij dronken uit een geestelijke rots, welke met hen meeging, en die Rots was de Christus’ (1 Kor. 10:1-4).  Het is ook de steen die over niet al te lange tijd de aardse koninkrijken zal wegvagen, zoals in een droom aan Nebukadnezar getoond werd en door Daniël werd uitgelegd (Daniël 2:45).  Die Steen is in Gods ogen 'kostbaar' en door Hem 'uitverkoren' en als wij met Hem verbonden zijn, delen we, net als Israël, in die kostbaarheid en uitverkiezing. We vormen dan - samen met het overblijfsel van Israël - een 'geestelijk huis' en een 'heilig priesterschap'

om geestelijke offers te brengen......  maar waaruit bestaan geestelijke offers?  De Bijbel geeft zelf wel voorbeelden. In het eerste testament mochten alleen gave, reine dieren worden geofferd. Dat principe geldt ook in onze tijd. 

Als we God datgene geven wat overblijft, nadat we eerst goed voor onszelf hebben gezorgd, dan is dat geen offer.  Dit zegt Gods Woord erover:

"Broeders en zusters, omdat God zo goed voor ons is, roep ik u op, uzelf aan te bieden als een levende en heilige offergave die hij graag aanvaardt. Dat is úw ware eredienst." (Romeinen 12:1, GNB1996)

"En al zou ik al mijn bezittingen uitdelen tot levensonderhoud van de armen ... maar ik had de liefde niet, het baatte mij niets." (1 Korintiërs 13:3, HSV2010)

"... als een graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft het één graankorrel, maar wanneer hij sterft draagt hij veel vrucht." (Johannes 12:24, NBV2004)

“Want wie zijn leven wil behouden, die zal het verliezen; maar wie zijn leven verliezen zal omwille van Mij, die zal het behouden.” Lukas 9:24 HSV

“Laten wij dan altijd door Hem een lofoffer brengen aan God, namelijk de vrucht van lippen die Zijn Naam belijden.” Hebreeën 13:15 HSV

"De naam van God wil ik loven met een lied, zijn grootheid met een lofzang prijzen. Dat behaagt de HEER meer dan offerdieren ..." (Psalm 69:31-32, NBV2004)

1 Petrus 2:6-8 Daarom staat er in de Schrift: Zie, Ik leg in Sion een hoeksteen die uitverkoren en kostbaar is; en: Wie in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden. 7. Voor u dan, die gelooft, is Hij kostbaar; maar voor de ongehoorzamen geldt: De steen die de bouwers verworpen hebben, die is de hoeksteen geworden, en een steen des aanstoots en een struikelblok; 8. voor hen namelijk die zich aan het Woord stoten, door ongehoorzaam te zijn, waartoe zij ook bestemd zijn.

Zie, Ik leg in Sion een hoeksteen die uitverkoren en kostbaar is..... Petrus citeert Jesaja 28:16 en ziet profetisch vooruit naar de komst van het Vrederijk, waar Yeshua Sion als Zijn woonplaats en regeringscentrum heeft uitgekozen. Daar regeert Yeshua, die door Zijn Vader is uitverkoren: en een kostbare steen(!) genoemd wordt. Daar vandaan zal de wet, de Tora naar de wereld uitgaan (Jesaja 2:3 -  Psalm 110:2 - Micha 4:2). In het Hebreeuws vermeldt de Bijbel dat de Tora dan ook echt zal gelden: כִּי מִצִּיּוֹן תֵּצֵא תוֹרָה  "Ki mi Tzion tetze Torah". God brengt terug op aarde wat mensen hebben afgeschaft.

Bouwen op het Fundament in Sion betekent: dat je afziet van vertrouwen op het tijdelijke, op jezelf, op menselijke prestaties en menselijke wijsheid. Het vraagt totale overgave aan Yeshua, voor tijd en eeuwigheid, zonder voorbehoud. Overgave van jezelf, je leven, alles wat je bent en alles wat je ooit zult hebben.

Voor u dan, die gelooft, is Hij kostbaar..... Petrus zegt dan dat we niet beschaamd zullen uitkomen. De De NBV-vertaling zegt dat wie in geloof op de Hoeksteen in Sion bouwt, niet bedrogen zal uitkomen.

Yeshua heeft zelf gezegd: "Ik zal u beslist niet loslaten en Ik zal u beslist niet verlaten" Hebreeën 13:6. 

voor de ongehoorzamen geldt: de hoeksteen wordt een steen des aanstoots en een struikelblok......

Wie doelbewust niet gelooft, brengt een vreselijk oordeel over zich: hij verwerpt Yeshua en Zijn offer als waardeloos, terwijl Hij het Fundament van behoud is. Zulke mensen ergeren zich aan Yeshua en zijn Hem ongehoorzaam. Dan wordt Yeshua een struikelblok voor hen. In 2 Korinthe 2:4-14-16 staat dat gelovigen een geur ten leven zijn en de ongelovigen een geur ten dode. Petrus zegt van die struikelblok: “waartoe zij ook bestemd zijn”. Dat betekent niet dat het tegen hun wil overkomt. God geeft hen over aan hun eigen wil. Het is een houding die de eeuwige dood tengevolge heeft, die kan uitlopen op de hel. 

1 Petrus 2:9-10 Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilig volk, een volk dat God Zich tot Zijn eigendom maakte; opdat u de deugden zou verkondigen van Hem Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht, 10. u, die voorheen geen volk was, maar nu Gods volk bent; u, die zonder ontferming was, maar nu in ontferming aangenomen bent.

Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilig volk...... hier grijpt Petrus terug op het gesprek tussen YHWH en Mozes op de Sinaï. (Exodus 19:5-6). Deze belofte werd specifiek aan Israël gedaan, die uit alle volken der aarde Gods persoonlijk "eigendom" is en blijft.  In Exodus 19: 5 staat het Hebreeuwse woord sekhoelah  סְגֻלָּה dat veel meer betekent dan “persoonlijk eigendom”. Dat houdt in dat Israël de bruid van God zal zijn en een intieme relatie met Hem zal hebben. Wie uit de heidenen zich aansluit bij Israël, mag zich een medeburger van de 'heiligen/afgezonderden' weten en een huisgenoot van God (Efeze 2:19). Zo mogen de gelovigen uit de heidenen deel van Gods volk, het koninklijk priesterschap en van Gods bruid zijn, in het besef dat ze zijn toegevoegd.

opdat u de deugden zou verkondigen van Hem Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht..... Israël is uitverkoren en apart gezet van de rest van de wereld, die in duisternis verkeert, om van Gods wonderbare Licht te getuigen. Om de deugden van God te verkondigen, vanuit de Tora. Deze woorden zijn in de eerste plaats gericht tot de door het ongeloof afgebroken takken uit de edele olijfboom, die door het geloof weer opnieuw op deze boom werden geënt. Deze woorden gelden ook voor de gelovigen die door het geloof in Yeshua tot het verbond met Abraham gerekend worden. Jood en heiden: één in Christus. (Galaten 3:27-29)

u, die voorheen geen volk was, maar nu Gods volk bent...... De verstrooide Joden waren opgegaan onder de heidenen, zij waren Lo-Ammi geworden (Hos. 1:9), dat betekent: niet meer Mijn volk. Maar nu zijn zij in Yeshua, door het geloof kinderen van God de Vader. u, die voorheen geen volk was, maar nu Gods volk bent; u, die zonder ontferming was, maar nu in ontferming aangenomen bent.' Mogelijk worden hier ook heidenen aangesproken die zich bij de gelovige Joden hadden gevoegd.

1 Petrus 2:11-12 Geliefden, ik roep u op als bijwoners en vreemdelingen u te onthouden van de vleselijke begeerten, die strijd voeren tegen de ziel. 12. Houd uw levenswandel onder de heidenen goed; opdat zij die nu van u kwaadspreken als van kwaaddoeners, door de goede werken die zij in u waarnemen, God verheerlijken mogen op de dag dat er naar hen omgezien wordt.

Geliefden, ik roep u op als bijwoners en vreemdelingen u te onthouden van de vleselijke begeerten......  we kunnen ons alleen onthouden van vleselijke begeerten als we leven als bijwoners en vreemdelingen, als degenen die erkennen dat deze wereld niet ons thuis is, en dat we een thuis en een burgerschap in de hemel hebben.

Wie in Yeshua is, leeft anders dan zijn omgeving. Dat maakt dat er veel verleidingen op hem of haar af komen. Onder vleselijke begeerten kunnen we zonden op seksueel gebied rekenen, maar andere zaken trekken de gelovigen eveneens af van de zuivere toewijding aan God:  de entertainment van de wereld, het spraakgebruik, de mode. Ja op elk gebied heeft de duisternis beslag gelegd, om onze ziel van God te doen afkeren.

Houd uw levenswandel onder de heidenen goed...... Door een heilige levenswandel zullen we opvallen onder de wereldse mensen. Ze zullen van u kwaadspreken als van kwaaddoeners...... zoals er valse getuigen optraden tegen Yeshua, Petrus en Paulus, zo wordt er ook op kleinere schaal geroddeld over gelovigen omdat ze het maar vreemd vinden dat je niet meedoet met hun activiteiten (1 Petrus 4:4).

door de goede werken die zij in u waarnemen..... het kan ook een wending ten goede uitwerken, wat we altijd hopen en waarvoor we bidden, met betrekking tot ongelovigen die op onze weg komen. Als ze merken dat het bij de gelovigen gaat om goede werken in Gods ogen, dan zullen ze God verheerlijken wanneer ze Hem gaan ontmoeten.  

1 Petrus 2:13-17 Onderwerp u dan omwille van de Heere aan alle menselijke orde, hetzij aan de koning, als hoogste machthebber, 14. hetzij aan de stadhouders, als mensen die door hem gezonden worden tot straf van de kwaaddoeners, maar tot lof van hen die goeddoen. 15. Want zo is het de wil van God, dat u door goed te doen het onverstand van de dwaze mensen de mond snoert; 16. als vrije mensen, maar niet alsof u de vrijheid hebt als een dekmantel voor slechtheid, maar als dienstknechten van God. 17. Houd iedereen in ere; heb al uw broeders lief; vrees God; eer de koning.

Onderwerp u dan omwille van de Heere aan alle menselijke orde.....  omdat er orde moet zijn in een land wil God dat wij ons houden aan de wet, of het nu de koning is of een andere machthebber die aan het hoofd staat. 

hetzij aan de stadhouders, als mensen die door hem gezonden worden tot straf van de kwaaddoeners.......  hier gaat al een belletje rinkelen.... als mensen die door Hem gezonden worden...... (ik heb Hem maar met een hoofdletter geschreven, want ik neem aan dat God hiermee bedoeld is). in de afgelopen tijd waren er artsen die gestraft werden omdat ze patienten levensreddende medicijnen gaven, die de overheid notabene verbood.  Dit is maar één voorbeeld, maar er zijn er meer te noemen. Dit zijn beslist geen mensen door God gezonden. De kwaaddoeners zitten zelfs in de regering. Ik citeer even een uitspraak van Esther Noordermeer in haar onderwerp "Een samenleving in verval".  En dat verval is op dit ogenblik gaande!

Citaat Esther Noordermeer in “ Een samenleving in verval”. (Bij video plm. 1.10) De rechtspraak in de Bijbel had tot doel het kwade te straffen. In het Boek Deuteronomium staat wel tien keer “en zo zult gij het kwaad uit uw midden wegdoen.” Wat is het doel van wetgeving?: ” zo zult gij het kwaad uit uw midden wegdoen” Als de wetgeving fout is gaat het kwaad niet uit je midden weg. Dan blijft het in je midden. Er volgt dus zegen bij gehoorzaamheid aan de Tora en vloek bij ongehoorzaamheid aan de Tora. Het is zo simpel dat wij dat niet snappen.

Want zo is het de wil van God, dat u door goed te doen het onverstand van de dwaze mensen de mond snoert...... 

dat is natuurlijk helemaal waar.  Maar als de overheid dingen van ons vraagt, zoals het voorbeeld van de arts, is gehoorzamen geen goeddoen. In de overheid zitten dwaze mensen die de mond gesnoerd moeten worden. Dat erkent de Bijbel ook.    Prediker 10:16 Wee u, land, als uw koning een kind is, als uw vorsten 's morgens maaltijd houden. We moeten er terdege rekening mee houden dat de wereld in deze eindtijd klaargemaakt wordt voor de antichristelijke overheersing, waarbij de vrouw op het beest zit met de gifbeker in haar hand (Openbaring 18:23), dronken van het bloed der martelaren (Openbaring 17:6).

niet alsof u de vrijheid hebt als een dekmantel voor slechtheid..... het spreekt vanzelf dat de vrijheid in Christus geen dekmantel mag zijn voor slechtheid.  Wij moeten het goede zoeken voor onze naasten om van Gods rechtvaardigheid te getuigen. Dit zijn Gods deugden die we volgens vers 9 moeten verkondigen. Dat is je naaste in ere houden door je in te zetten voor zijn tijdelijk en eeuwig leven, God te vrezen en daar waar mogelijk de koning te gehoorzamen. Dat is weliswaar eren, maar wat anders dan 'vereren". 

1 Petrus 2:18-20 Huisslaven, wees uw meesters met alle ontzag onderdanig, niet alleen hun die goed en welwillend zijn, maar ook die verkeerd handelen. 19. Want dat is genade, als iemand om het geweten voor God dingen verdraagt die hem pijn doen, en daarbij ten onrechte lijdt. 20. Want wat voor roem is er als u het geduldig verdraagt wanneer u zondigt en daarvoor slagen ontvangt? Maar als u het geduldig verdraagt wanneer u goeddoet en daarvoor lijdt, is dat genade bij God.

Huisslaven, wees uw meesters met alle ontzag onderdanig....... dat zal geen problemen geven als die meester zijn slaaf als een waardig medemens ziet. Als de meester verkeerd handelt, wat in het verleden maar al te vaak gebeurde, (en ook nu soms op de werkvloer), dan wordt het wel een heel moeilijke zaak. Een slaaf die dingen moet doen die kwaad zijn in Gods ogen, heeft het recht om te weigeren al zullen de gevolgen van zo'n weigering heel groot zijn. Toen Jozef zijn meesteres terecht ongehoorzaam was, volgde er een lange moeiijke gevangenisstraf in onderaardse gewelven. Toch onderging hij dat geduldig. Hier was van toepassing wat Petrus schrijft: "als iemand om het geweten voor God dingen verdraagt die hem pijn doen, en daarbij ten onrechte lijdt."  Ook Yeshua heeft zich gewillig laten vernederen, geselen en kruisigen. Het is heel erg als wij in de macht van goddeloze mensen verzeild raken. Toch hebben gelovigen God in die situatie verheerlijkt en kregen deel aan het lijden van Yeshua. Dat is genade bij God. We hebben gezien hoe Jozef en Yeshua daarna door Gods genade werden verheerlijkt. 

1 Petrus 2:21-25 Want hiertoe bent u geroepen, omdat ook Christus voor ons geleden heeft; Hij laat ons zo een voorbeeld na, opdat u Zijn voetsporen zou navolgen; 22. Hij, Die geen zonde gedaan heeft en in Wiens mond geen bedrog gevonden is; 23. Die, toen Hij uitgescholden werd, niet terugschold, en toen Hij leed, niet dreigde, maar het overgaf aan Hem Die rechtvaardig oordeelt; 24. Die Zelf onze zonden in Zijn lichaam gedragen heeft op het hout, opdat wij, voor de zonden dood, voor de gerechtigheid zouden leven. Door Zijn striemen bent u genezen. 25. Want u was als dwalende schapen; maar u bent nu bekeerd tot de Herder en Opziener van uw zielen.

vers 20 ......als u het geduldig verdraagt wanneer u goeddoet en daarvoor lijdt, is dat genade bij God.                                              Want hiertoe bent u geroepen, omdat ook Christus voor ons geleden heeft......... Net zo als Paulus schrijft in de brief aan de Filippenzen (zie onderstaand plaatje), zegt ook Petrus in deze brief dat LIJDEN onze roeping is! Als navolgers van Yeshua is dat ook ons deel. Van nature willen we dat niet. Het is een logische consequentie van de geestelijke strijd die in dit tijdsbestek op aarde gevoerd wordt. Ook Paulus, die geestelijk gezien 'met wilde dieren had gevochten'  ( 1 Kor. 15:31-32) getuigt hiervan:

2 Timotheüs 3:12 En ook allen die godvruchtig willen leven in Christus Jezus, zullen vervolgd worden.

We bevinden ons in een strijd die alleen maar "in Christus" tot overwinning kan komen. Hij is ons voorbeeld, wij volgen in Zijn voetsporen. 

Hij, Die geen zonde gedaan heeft en in Wiens mond geen bedrog gevonden is....... Yeshua moest lijden, terwijl Hij geen zonde gedaan had. Wij zijn wel zondig van nature. Om daaruit te komen gaat niet zonder lijden. Hij is in liefde voorgegaan.

Die, toen Hij uitgescholden werd, niet terugschold...... wat kunnen woorden pijn doen en agressie oproepen. Het was Zijn zelfbeheersing, die wij mogen ontvangen als vrucht van de Geest  (Galaten 5:22), waarin we God verheerlijken. 

en toen Hij leed, niet dreigde, maar het overgaf aan Hem Die rechtvaardig oordeelt........ 

Soms treft ons zulk een onrechtvaardige bejegening, dat het blijft rondspoken in onze gedachten. Als niemand dit meevoelt en als vergeven niet mogelijk is, omdat de tegenpartij alle schuld ontkent en volhardt in het onrecht, betekent dat dan dat we moeten blijven rondlopen met een verbitterd hart en wraakgevoelens? Gelukkig niet. Daarmee moeten we handelen zoals Yeshua dat deed.
"Die, als Hij gescholden werd, niet terugschold, en als Hij leed, niet dreigde, maar het overgaf aan Hem die rechtvaardig oordeelt." 
Het is de bedoeling dat we leren onze rechtszaken uit handen geven door ze aan God over te geven en ze bij God te laten.

Die Zelf onze zonden in Zijn lichaam gedragen heeft op het hout........ Het lijden van Yeshua is duidelijk een voorbeeld voor ons; maar het is veel meer dan een voorbeeld. Hij droeg ook onze zonden als zondedragende plaatsvervanger, en voorzag in onze genezing. 

opdat wij, voor de zonden dood, voor de gerechtigheid zouden leven. Door Zijn striemen bent u genezen.........  Dit verwijst direct naar Jesaja 53, de profetie over het lijden van Yeshua. De straf die ons de vrede aanbrengt, was op Hem, en door Zijn striemen is er voor ons genezing gekomen. (Jesaja 53:5b)

Petrus had duidelijk Jesaja 53 in gedachten toen hij schreef over het navolgen van Yeshua. Hijzelf was in dit lijden zo’n diepe beschamende weg gegaan, maar was vervolgens ook de vernederende weg van totale overgave gegaan, die leidde tot overwinning!

1 Petrus 2:25 Want u was als dwalende schapen; maar u bent nu bekeerd tot de Herder en Opziener van uw zielen.

Wat hield Petrus van Yeshua! "Heere, U weet alle dingen, U weet dat ik van U houd” (Joh. 21:17). Hij was, net als de schapen uit Jesaja 53, zo’n dwalend schaap geweest, maar mocht nu in navolging van de Grote Herder, een herder van de schapen zijn. Yeshua sprak tot hem: Weid Mijn lammeren; Hoed Mijn schapen; Weid Mijn schapen!

 

Ida