English & other languages: click here!

Jesaja 56 - Een Bedehuis voor alle volken


YAHWEH nodigt de heidenen uit om tot Hem te komen om behouden te worden. Ook zij zullen delen in het heil als ze de sabbat in ere houden en niet ontheiligen.  

‘Mijn heil is nabij om te komen’, dat wil zeggen:  Het is er nog niet, maar het staat voor de deur. Toch zit er grofweg nog zo'n 600 jaar tussen het optreden van Jesaja en de komst van Yeshua.  Voor de ware gelovigen zal dan het heil aanbreken.

Maar, zoals beschreven in het tweede deel van dit hoofdstuk, zal het slecht aflopen met allen die niet gehoorzaam zijn aan het Woord van de levende God. YAHWEH heeft vooral een afkeer van valse herders en predikers. 


Jesaja 56:1-2 Zo zegt de HEERE: Neem het recht in acht en doe gerechtigheid, want Mijn heil is nabij om te komen, en Mijn gerechtigheid om geopenbaard te worden. 2. Welzalig een sterveling die zo handelt, het mensenkind dat daaraan vasthoudt; die de sabbat in acht neemt, zodat hij die niet ontheiligt, en die zijn hand ervoor behoedt om enig kwaad te doen.

Mijn heil is nabij om te komen, en Mijn gerechtigheid om geopenbaard te worden...... Als er staat: Mijn heil, dan lees je in het Hebreeuws Yeshoe-ati, יְשׁוּעָתִי  mijn Yeshua! 'Hij is nabij' zegt Jesaja, toch duurt nog zo'n zes eeuwen voor het zover is, maar elke generatie heeft het nodig om door Hem gereinigd te worden. De dichter van Psalm 130 weet ook dat ongerechtigheid een sta-in-de-weg kan zijn als hij uitroept:   

Zo zegt de HEERE: Neem het recht in acht en doe gerechtigheid ...... dit is duidelijk een Messiaanse profetie, in de trant van de prediking van Johannes de Doper. Hij begon zijn roeping met de woorden van Jesaja: "De stem van iemand die roept in de woestijn: Maak de weg van de Heere gereed, maak Zijn paden recht." (Jesaja 40:3 - Lukas 3:3) Als de Koning der gerechtigheid komt: dan ruimen we eerst de boel op. Dan moet de toegangsweg geen blokkades hebben. Daarom predikte Johannes bekering en doopte hij om de zonden af te wassen. Zonden op allerlei terrein, maar hier wordt de nadruk op recht en gerechtigheid gelegd. Daarmee hebben alle terreinen van ons leven mee te maken. We zien hier dat zowel Israël als de vreemdelingen, deel uitmaken van hetzelfde verbond.

Psalm 130:3-4 Als U, HEERE, op de ongerechtigheden let, Heere, wie zal staande blijven? 4. Maar bij U is vergeving, opdat U gevreesd wordt.

Als het goed is leven er, binnen alle generaties in deze gevallen wereld, gelovigen in afwachting van het heil van God. In Jesaja's tijd, maar ook in onze tijd zijn er de eeuwen door al velen ons voorgegaan die het heil verwachtten in de tweede komst van Yeshua. Die verwachting gaf hen kracht om door te gaan. Er waren ook altijd mensen die spottend tegen hen zeiden wat Petrus profeteerde:

2 Petrus 3:4 en zeggen: Waar is de belofte van Zijn komst? Want vanaf de dag dat de vaderen ontslapen zijn, blijven alle dingen zoals vanaf het begin van de schepping.

Toch komt de belofte tot vervulling, zelfs door de dood heen. Omdat de gelovige eeuwig leven heeft zal hij meemaken dat de gerechtigheid in Christus openbaar wordt

het mensenkind dat daaraan vasthoudt; die de sabbat in acht neemt, zodat hij die niet ontheiligt...... we zien hoezeer de opdracht tot het houden van de sabbat een daad van gerechtigheid is. Het houden van het sabbatsgebod openbaart de gezindheid van het hart dat gerechtigheid wil doen. Hij zal ook zijn hand ervoor behoeden om enig kwaad te doen.

Jesaja 56:3-5 Laat de vreemdeling die zich bij de HEERE gevoegd heeft, niet zeggen: De HEERE heeft mij geheel en al van Zijn volk gescheiden; laat de ontmande niet zeggen: Zie, ik ben maar een dorre boom. 4. Want zo zegt de HEERE over de ontmanden die Mijn sabbatten in acht nemen, verkiezen wat Mij behaagt, en vasthouden aan Mijn verbond: 5. Ik zal hun in Mijn huis en binnen Mijn muren een plaats en een naam geven, beter dan die van zonen en dan die van dochters; een eeuwige naam zal Ik ieder van hen geven, een naam die niet uitgewist zal worden.

Laat de vreemdeling die zich bij de HEERE gevoegd heeft, niet zeggen: De HEERE heeft mij van Zijn volk gescheiden......  als een vreemdeling bij de HEERE zijn heil zoekt en het Verbond houdt, dan kan niets hem van Zijn volk scheiden. Dat was ook zo geregeld in de Tora (Numeri 15:13-15). Misschien voelt hij zich zo omdat Hij niet uit de lijn Abraham, Izak en Jakob is, maar wat YHWH daarover zegt is doorslaggevend.  Laat de ontmande niet zeggen: Zie, ik ben maar een dorre boom..... ook voor hem geldt dat als hij zich aan Gods verbond houdt en de sabbatten in acht neemt, hij voor YAHWEH een volwaardig gelovige is.

Volgens Leviticus 21:20 mochten eunuchen geen tempeldienst verrichten. De belofte die YAHWEH hier geeft lijkt te verwijzen naar de Messiaanse tijd waar ieder rein is in Christus. Het verdriet van deze tijd zal dan ruimschoots omgezet worden in grote vreugde. Hij krijgt een ereplaats in Gods Huis en zo'n naam die de vreugde van het hebben van zonen en dochters overstijgt. Een eeuwige naam die niemand hem kan ontnemen. 

Jesaja 56:6-8 En de vreemdelingen die zich bij de HEERE voegen om Hem te dienen en om de Naam van de HEERE lief te hebben, om Hem tot dienaren te zijn; allen die de sabbat in acht nemen, zodat zij hem niet ontheiligen, en die aan Mijn verbond vasthouden: 7. hen zal Ik ook brengen naar Mijn heilige berg, en Ik zal hen verblijden in Mijn huis van gebed. Hun brandoffers en hun slachtoffers zullen welgevallig zijn op Mijn altaar. Want Mijn huis zal een huis van gebed genoemd worden voor alle volken. 8. De Heere HEERE, Die de verdrevenen uit Israël bijeenbrengt, spreekt: Ik zal er tot Hem nog meer bijeenbrengen, naast hen die al tot Hem bijeengebracht zijn.

En de vreemdelingen die zich bij de HEERE voegen om Hem te dienen...... opnieuw klinkt hier Gods ontferming over de vreemdelingen die Hem trouw en liefdevol dienen. Het getrouw houden van de sabbat is het bewijs van overgave aan God en dat geldt ook voor het houden aan het Verbond. Ook dit slaat weer op het Messiaanse tijdperk, waar de uitdrukking 'Mijn heilige Berg' naar verwijst. God brengt hen naar Zijn Huis/Tempel - of de berg des HEEREN en daar is wederzijdse blijdschap en de HEERE geniet van hun offers op Gods altaar. 

Want Mijn huis zal een huis van gebed genoemd worden voor alle volken....... Dit is een prachtige belofte. Je ziet deze spreuk vaak in het Hebreeuws boven de deur of de poort van een synagoge. Het is een gedachte waar alle mensen wel naar kunnen verlangen. Alleen, satan weet dat ook en hij zal een valse eenheid onder de mensen bewerken. Hij is er al mee bezig. Samen bidden en God zingend loven, maar om welke God het gaat doet er niet toe. De Naam van God wordt niet genoemd. Als je maar één bent. Dat is de bedriegelijke tactiek van de antichrist, die daarmee ontelbare mensen, die niet onderlegd zijn in de Schrift, die onvoldoende olie in hun lampen hebben (Matth. 25:8-9), over de streep trekt in een valse eenheid. Satan is een naäper, mensen denken dat ze God daarmee dienen, maar ze dienen de satan.  De ware aanbidding van de schare die niemand tellen kan zal alleen door de God van Israël tot stand komen. Maar daaraan vooraf wordt het surrogaat van de zoete, maar valse eenheid gepresenteerd. Gelovigen die in de opname geloven zijn dan niet daarop voorbereid, want dat zou toch pas komen als ze opgenomen waren? Ze zien het mogelijk als 'opwekking'. Dat Huis van Gebed voor alle volken komt er zeker! Maar pas als satan gebonden is en Yeshua Koning is in het Vrederijk! In de tijd van het oordeel en de daarop volgende overgang naar het Vrederijk gaan we de grote opwekking meemaken die in Joël geprofeteerd is (Joël 2:28-32)

De Heere HEERE, Die de verdrevenen uit Israël bijeenbrengt......  ze komen nu al, de mensen die aliya maken, maar ook de graven gaan straks open en de engelen brengen ze bijeen. De uitgedroogde beenden van hen die omgebracht zijn omdat ze tot of bij Gods volk hoorden, waar vlees omheen gekomen is zullen Gods geest inademen (Ezechiël 37:1-14). 

Mattheüs 24: 30-31 En dan zal aan de hemel het teken van de Zoon des mensen verschijnen; en dan zullen al de stammen van de aarde rouw bedrijven en zij zullen de Zoon des mensen zien, als Hij op de wolken van de hemel komt met grote kracht en heerlijkheid.31 En Hij zal Zijn engelen uitzenden onder luid bazuingeschal, en zij zullen Zijn uitverkorenen bijeenbrengen uit de vier windstreken, van het ene uiterste van de hemelen tot het andere uiterste ervan.

En dit is wat Mozes al ver van tevoren schreef:

Deuteronomium 30 :4-5 Al bevonden uw verdrevenen zich aan het einde van de hemel, toch zal de HEERE, uw God, u vandaar bijeenbrengen en u vandaar weghalen. 5 En de HEERE, uw God, zal u naar het land brengen dat uw vaderen in bezit hadden, en u zult het weer in bezit nemen; en Hij zal u goeddoen en u talrijker maken dan uw vaderen.

Ik zal er tot Hem nog meer bijeenbrengen, naast hen die al tot Hem bijeengebracht zijn...... .  Jesaja schreef al over de vreemdelingen die welkom waren bij Gods volk als ze de sabbat en het verbond onderhielden. De Messias Yeshua,  Die Zichzelf de Goede Herder noemde – heeft bij Zijn komst al duidelijk gemaakt, dat Hij behalve uit Israel ook uit de volken mensen wil
toebrengen tot Zijn kudde (Johannes 10:16). Vanwege hun uitverkiezing tot Gods volk, de pijn van ballingschap en de aanvallen vanuit de omringende landen, was Israël heel erg op zijn eigen volk gericht. Ze geloofden dat God alleen hen liefhad en dat de rest van de naties (waarvan velen Israël wreed behandelen) er niet toe deden.  


Het gebeurt wel vaker in het geschrift van Jesaja. De toon wordt hier ineens heel anders. Sommige uitleggers denken dat het bij Jesaja 57 hoort, waar het goddeloze Jeruzalem wordt aangeklaagd.   Maar wat volgt heeft met het verschrikkelijke oordeel te maken over hen die afbreuk doen aan het Woord van God en die de mensen verleiden tot zonde. Die misbruik maken van hun positie als leider, een leiderschap dat hen helemaal niet toekwam. Jesaja spreekt een oordeel uit over de geestelijke leiders van Israël.  We zien dat ook bij de profetieën van Jeremia meermalen genoemd. Als de koningen zich niet bekeerden, en dat deden ze niet, dan zou Nebukadnezar met zijn leger komen, en die kwam..... en zouden hun lijken door dieren en vogels worden opgevreten. Jeremia 7:33; Jeremia 19:7; Jeremia 25:33; Jeremia 34:20. 

Jesaja 56:9 Alle dieren van het veld, kom om te eten, ja, alle dieren in het woud!

Wat Jesaja hier predikt zien we vaker in de Bijbel. Hiernaast is een dergelijke profetie uit het boek Openbaringen. Maar ook in de gedeelten Jesaja 34:3; Jeremia  12:9 en Ezechiël 39:17 komen we dit vernederende tafereel tegen, voor leiders, koningen en predikers die hun verantwoordelijkheid hebben misbruikt in dienst van satan. Mozes profeteert het in zijn rede over 'vloek en zegen' in Deuteronomium 28:26. 

Jesaja 56:10-11 Zijn wachters zijn allen blind, zij weten van niets. Zij allen zijn stomme honden, zij kunnen niet blaffen; slaperig liggen zij neer, zij hebben het sluimeren lief. 11. Deze honden zijn vraatzuchtig, zij kennen geen verzadiging. Ja, zij zijn herders die niet tot inzicht weten te komen. Zij allen keren zich naar hun eigen weg, ieder is uit op eigen gewin, niemand uitgezonderd.

Zijn wachters zijn allen blind, zij weten van niets........ dit verwijt hoorden we ook van Yeshua, die het over 'blinde wegwíjzers' (hypocrieten) had.  En die zijn er nog in Israël (en niet alleen in Israël) en ze worden naar de ogen gekeken alsof het 'wijze mannen' zijn, maar zij weten van niets. 

Zij allen zijn stomme honden, zij kunnen niet blaffen; slaperig liggen zij neer..... de wachters worden vergeleken met waakhonden, die moeten opletten of er gevaar dreigt. Maar in plaats van waarschuwen slapen ze en laten het onheil zijn gang gaan.  Slome honden die geaaid willen worden en het prettig vinden als men ze lekkere hapjes brengt, want God noemt ze hier 'vraatzuchtig'. Ze doen geen mens kwaad, maar ondertussen laten ze het kwaad, het onheil en de zonde toe. Als zij het maar goed hebben.
zij zijn herders die niet tot inzicht weten te komen....... hun hart is niet op God gericht en dan kom je niet tot inzicht, dan neem je niet je verantwoordelijkheid en bent alleen maar uit op eigen voordeel. 

Jesaja 56:12 Kom, zeggen zij, ik zal wijn halen, en wij zullen ons dronken drinken aan sterkedrank; en de dag van morgen zal zijn als deze, ja, groter, nog veel geweldiger!

Het is nog veel erger dan passief onwetend en blind zijn.  Ze begeven zich in het kwaad van het zich bedrinken. Wat brengt dit een schade toe aan een volk dat heilig voor YAHWEH hoort te zijn. Wat blijkt ook uit deze tekst dat de gerechtigheid, waarvan in de eerste twee verzen van dit hoofdstuk sprake is, geweld wordt aangedaan. De benevelde herders struikelen in de rechtspraak! De Bijbel geeft er meerdere voorbeelden van:

Jesaja 28:7 Ook dezen hier zwalken van wijn, dwalen rond door sterkedrank. Priester en profeet zwalken door sterkedrank. Zij zijn opgeslokt door de wijn, zij dwalen rond door de sterkedrank. Zij zwalken bij het uitleggen van het visioen, 8. Ja, alle tafels zitten vol walgelijk braaksel, geen plek is schoon. zij struikelen tijdens hun gerechtelijke uitspraak.


Micha 2:11 Als er iemand is die wind naloopt, en bedrieglijk liegt en zegt: Ik profeteer voor u voor wijn en sterkedrank, dan is hij voor dit volk de profeet!

de dag van morgen zal zijn als deze, ja, groter, nog veel geweldiger......!  hun blinde geloof in de welvaart heeft een doorleefd geloof in God vervangen. Ze zijn rijp voor het oordeel en er niet op voorbereid. Yeshua waarschuwt daarvoor:

Lukas 21:34 Wees op uw hoede dat uw hart niet op enig moment bezwaard wordt door roes en dronkenschap en door zorgen over de alledaagse dingen, en dat die dag u niet onverwachts overkomt.

Het beeld uit Jesaja 56:9 hangt samen  met de beelden in het boek Openbaring over de terugkeer van Yeshua. Daarom kunnen we dit zien als een profetie over wat de wereld van onze tijd te wachten staat. De geestelijke en politieke leiders van deze onvoorbereide wereld zeggen ook "de dag van morgen zal zijn als deze, ja, groter, nog veel geweldiger!". En daar waar kerk en politiek samen gaan in blind leiderschap, het beest: de antichrist achterna, zullen zij tijdens de komst van Yeshua, bij het oordeel de dood vinden en onbegraven het voedsel zijn voor wilde dieren en vogels, als mest op het land. 

Als we dit weten, hoe veel te meer moet onze toewijding zijn, aan de Heilige God: YAHWEH, gereinigd door het bloed van Christus. 

Ida