English & other languages: click here!

Mattheüs 5:33-48 Wees volmaakt!

GIJ DAN ZULT VOLMAAKT ZIJN  Mattheüs  5:33-48

Psalm 119:96 Aan alles, hoe volmaakt ook, heb ik een einde gezien; maar alleen Uw gebod is onbegrensd.

Lutherse vertaling: Psalm 119:96 Ik heb aan alle dingen een einde gezien, maar uw gebod is bestendig.

In 1984 kwam in Nederland de afschuwelijke abortuswet tot stand. Dit jaar (2022) kwam er een versoepeling/aanpassing van deze wet, door de bedenktijd af te schaffen. Het gebeurt vaker dat een wet wordt aangepast om deze haalbaar te maken. Maar zo is het niet met de wetten van God, die boven de wetten van mensen staat en waaraan-  in het definitieve oordeel - de mens wordt getoetst.  Er wordt geen tittel of jota vanaf gedaan om het haalbaar te maken. Gods wet is heilig, rechtvaardig en goed. (Romeinen 7:12)

Mattheüs 5:18 Want, voorwaar, Ik zeg u: Totdat de hemel en de aarde voorbijgaan, zal er niet één jota of één tittel van de Wet voorbijgaan, totdat het alles geschied is.

Gods wet is juist bedoeld om ons duidelijk te maken dat het voldoen eraan in eigen kracht niet haalbaar is. De wet doet zonde kennen (Romeinen 3:20).


Galaten 3:13 Christus heeft ons vrijgekocht van de vloek van de wet door voor ons een vloek te worden, want er staat geschreven: Vervloekt is ieder die aan een hout hangt.

De gelovige is  dus vrijgekocht vanwege de eerste wet genoemd in de afbeelding hiernaast. 

En de tweede wet die daar vermeld is vinden we in:

Romeinen 8:4 opdat de rechtvaardige eis van de wet vervuld zou worden in ons, die niet naar het vlees wandelen, maar naar de Geest.

De wet van de zonde en de dood is werkzaam in onze leden. De wet van de Geest, die leven geeft in Christus Jezus, heeft mij vrijgemaakt van de wet van de zonde en de dood (Romeinen 7:2-23, Romeinen 8:2).

Yeshua kwam om de wet te vervullen en als we één met Hem zijn delen we in dat wat Hij voor ons heeft tot stand gebracht.

De farizeeën probeerden ook de wet haalbaar te maken. Bijvoorbeeld wat betreft de eed.

JA IS JA!

Mattheüs 5:33 Verder hebt u gehoord dat tegen het voorgeslacht gezegd is: U zult de eed niet breken, maar u zult voor de Heere uw eden houden.

Dit komt overeen met Leviticus 19:12: U mag geen valse eed afleggen in Mijn Naam, en zo de Naam van uw God ontheiligen. Ik ben de HEERE .

Om dit gebod haalbaar te maken en de naam van Yahweh niet te ontheiligen, hadden de farizeeën een aantal formules bedacht:

  • Zweren bij de tempel – dan ben je er niet aan gebonden Matt. 23:16
  • Zweren bij het goud van de tempel – dan ben je er wel aan gebonden Matt. 23:16
  • Zweren bij het altaar – dan ben je er niet aan gebonden Matt. 23:18
  • Zweren bij de gave die op het altaar ligt: dan ben je wel aan die eed gebonden. Matt. 23:18

Alleen al door zulke uitvluchten te bedenken ontheilig je de Naam van Yahweh! Yeshua noemt de bedenkers “dwazen en blinden”. Hiermee ontkracht je zelfs in zekere zin het gebod “ gij zult geen vals getuigenis spreken”. Exodus 20:7 Hiermee kon je een valse eed afleggen als je er een andere naam voor invulde. Ook het lied Kol Nidrei (Alle beloften) dat op Grote Verzoendag wordt gezongen, wordt wel eens op een dergelijke wijze misbruikt.

Yeshua stelt hier tegenover:

Mattheüs 5:34-37 Maar Ik zeg u: Zweer in het geheel niet, niet bij de hemel, want dat is de troon van God; niet bij de aarde, want dat is de voetbank van Zijn voeten; en ook niet bij Jeruzalem, want dat is de stad van de grote Koning. Ook bij uw hoofd mag u niet zweren, want u kunt niet één haar wit of zwart maken; maar laat uw woord ja ja zijn en uw nee nee; wat hierboven uitgaat, is uit de boze.

Wat is het eigenlijk eenvoudig: LAAT JE JA DAN OOK JA ZIJN EN JE NEE: NEE!  Juist door Gods voorschriften “haalbaar”  te maken speel je de satan in de kaart. Als je hart vol is van waarheid, heb je helemaal geen eed nodig om je uitspraak te bekrachtigen. Wie moet zweren om zich geloofwaardig te maken, toont daarmee zijn ongeloofwaardigheid. Wees vervuld van Yeshua, die gezegd heeft "IK BEN DE WAARHEID"  (Joh. 14:6)

OOG OM OOG, TAND OM TAND

Aan de éne kant werden de geboden versmald, maar anderzijds werden voorrechten uit de wet verbreed. God had het in de wet zo geregeld dat er voor een vergoeding gezorgd moest worden bij geleden schade. Er waren rechters aangesteld die de Bijbelse wetgeving moesten handhaven. Bijvoorbeeld:

Exodus 21:22 Wanneer mannen vechten en daarbij een zwangere vrouw zó treffen dat haar kind geboren wordt, maar er geen dodelijk letsel is, dan moet de schuldige zeker een boete betalen, zo groot als de echtgenoot van de vrouw hem oplegt. Hij moet die betalen via de rechters.

Die boete moest in verhouding staan tot de geleden schade of het letsel. Dat betekenen de uitdrukkingen in Exodus 21:24-25 leven voor leven, oog voor oog, tand voor tand, hand voor hand, voet voor voet, brandwond voor brandwond, wond voor wond, striem voor striem. Het wettelijke recht tot schadevergoeding, was in de tijd van Yeshua’s leven op aarde, verbreed tot het persoonlijk wraak nemen: het weerstaan van de satan (Matth. 5:39)

Het is verkeerd om te denken dat Yeshua bedoelt dat het kwaad nooit moet worden weerstaan. Yeshua demonstreerde met Zijn leven dat het kwaad moet worden weerstaan, zoals toen Hij de tafels van de geldwisselaars omdraaide in de tempel. Er is verschil in boosheid om wat ons als mens wordt aangedaan en datgene waarmee men Gods heiligheid aanvalt. Ook de verbale grimmigheid waarmee Hij de valse leraars, farizeeën te woord stond in Matth. 23. Hij noemde ze: huichelaars, dwazen, blinden, witgepleisterde graven, wettelozen, slangen, adderengebroed, kinderen van de hel.  

WIE JE OP DE RECHTERWANG SLAAT, KEER HEM OOK DE ANDERE TOE – Matth. 5:39

Deze wijze van handelen is vooral bedoeld onder eigen volksgenoten, familie en huisgenoten. We kunnen dit niet toepassen op vijanden die ons willen vernietigen. In dat geval is verdediging zeker op zijn plaats. Dit hoorde ik in 2016 vertellen door de hoofdredacteur van Israel Today,  Aviel Schneider, die een toespraak hield bij Christenen voor Israel in Nijkerk. Het is goed om in verband met dit onderwerp dit te lezen en/of de youtube ervan te beluisteren. Zie deze link.

Als iemand uit onze kring ons vijandig behandelt zal het hem zeker tot nadenken stemmen als we zijn kwaadheid met goedheid beantwoorden. Dit noemt de Bijbel “vurige kolen op zijn hoofd”.
 

Romeinen 12:19-20 Wreek uzelf niet, geliefden, maar laat ruimte voor de toorn, want er staat geschreven: Mij komt de wraak toe, Ik zal het vergelden, zegt de Heere. Als dan uw vijand honger heeft, geef hem te eten, als hij dorst heeft, geef hem te drinken, want door dat te doen, zult u vurige kolen op zijn hoofd hopen.

 

Je moet echt wel weten wanneer je deze waarheid kunt toepassen. Je kunt niet, zoals ik vroeger wel eens gedaan heb, dit tegen je kinderen zeggen die gepest worden. Dat was helemaal verkeerd. Kinderen zijn natuurlijke wezens die moeten leren zich staande te houden en zich mogen verdedigen en terugslaan als ze geplaagd worden. Het is een overwogen geloofskeus van volwassen gelovigen om in bepaalde gevallen iemand de andere wang toe te keren, op welke manier dan ook.

 

HEB JE VIJANDEN LIEF – Matth. 5:44-45

Mattheüs 5:44-45 Maar Ik zeg u: Heb uw vijanden lief; zegen hen die u vervloeken; doe goed aan hen die u haten; en bid voor hen die u beledigen en u vervolgen; zodat u kinderen zult zijn van uw Vader, Die in de hemelen is, want Hij laat Zijn zon opgaan over slechte en goede mensen, en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen.

Yeshua zegt hier nadrukkelijk dat het"de zon van Zijn Vader" is die over rechrvaardigen en onrechtvaardigen opgaat. Ook genieten beide groepen van de regen die vruchtbaarheid geeft. Dit is dus prediking van liefde voor vriend en vijand.

Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan, Wanneer het vrienden betreft is dat niet zo moeiiijk. Yeshua zegt in Matth. 5:46 dat tollenaars dat ook kunnen. Dat kan een mens zonder God ook. Je broeder groeten is ook geen probleem In Matth. 6:47 staat dat de heidenen dat ook doen. Daar heb je God niet voor nodig.

Maar je vijand…..? Dat ligt wel even anders. Daarvoor hebben we God heel erg nodig. Daarmee doe je meer dan wat normaal is (Matth.5:47). Dat heeft Yeshua ons geleerd. Hij genas Zijn vijand (Lukas 23:24). Hij had Judas lief tot het einde (Joh. 13:1) Hij had ons lief toen wij nog zondaren waren.  

Romeinen 5:8 God echter bevestigt Zijn liefde voor ons daarin dat Christus voor ons gestorven is toen wij nog zondaars waren.

WEEST U DAN VOLMAAKT, ZOALS UW VADER, DIE IN DE HEMELEN IS, VOLMAAKT IS.  Matth. 5:48

Met bescheidenheid en vertrouwen willen we deze laatste tekst tot ons nemen. Die volmaaktheid is een door God de Vader bewerkte heiligheid. We beseffen heel goed dat dit niet onze prestatie kan zijn. Het is dezelfde oproep als “Wees heilig, want Ik ben heilig!” 

Leviticus 20:7-8 Heilig uzelf en wees heilig, want Ik ben YAHWEH, uw God. Houd Mijn verordeningen en doe ze. Ik ben de HEERE, Die u heiligt.

Het is het proces van de heiligmaking, dat door Gods Geest in ons bewerkt wordt:

1 Petrus 1:15-16 Maar zoals Hij Die u geroepen heeft, heilig is, word zo ook zelf heilig in heel uw levenswandel, want er staat geschreven: Wees heilig, want Ik ben heilig.

Het gaat om een gerechtigheid die vele malen groter is dan wat de schriftgeleerden en de Farizeeën prediken:

Mattheüs 5:20 Want Ik zeg u: Als uw gerechtigheid niet overvloediger is dan die van de schriftgeleerden en de Farizeeën, zult u het Koninkrijk der hemelen beslist niet binnengaan.

Dit is de gerechtigheid waardoor we het Koninkrijk der hemelen wel kunnen binnengaan:

Hebreeën 12:14 Jaag de vrede na met allen, en de heiliging, zonder welke niemand de Heere zal zien.

Blijf in Gods verordeningen, waarvan iedere jota of tittel blijft bestaan, waarvan God de heiligheid bewerkt heeft door Zijn Zoon: opdat de rechtvaardige eis van de wet vervuld zou worden in ons, die niet naar het vlees wandelen, maar naar de Geest.  Zie Romeinen 8:4

Mattheüs 5:48. Weest u dan volmaakt, zoals uw Vader, Die in de hemelen is, volmaakt is.

Ida