English & other languages: click here!

Hosea 5:1 - Hosea 6:3

HET STRUIKELEN VAN ISRAËL EN DE TOEKOMSTIGE ZEGEN

Hosea 5:1-14 Israëls leiders (priesters en heersers) vormden een valstrik voor het volk en een oordeel is op zijn plaats.  Hosea 5:15-Hosea 6:3 beschrijft toekomstige terugkeer en zegen. De "derde dag" is Israëls dag van geestelijke heropstanding en de geestelijke zegen die daarop volgt. (Joël 2:28-29)


Hosea 5:1-3 Hoor dit, priesters! Sla er acht op, huis van Israël! Neem ter ore, huis van de koning! Want het gericht gaat u aan, omdat u een strik geworden bent voor Mizpa, een uitgespannen net op de Tabor. 2. De afvalligen zijn afgedaald om te slachten, maar Ik zal een vermaning voor hen allen zijn. 3. Ikzelf ken Efraïm en Israël is voor Mij niet verborgen. Werkelijk, nu bedrijft Efraïm hoererij, Israël verontreinigt zich.


Hoor dit, priesters! Sla er acht op, huis van Israël.......!  Geestelijke en politieke leiders behoren een volk tot zegen te zijn. De profeet Hosea moet de priesters en vorsten van Israël verwijten dat zij tot een valstrik, een klapnet en een valkuil zijn. Hosea spreekt een oordeel over hen uit, ze hebben Israël in de val gelokt.  God zal ze daarom straffen. 

omdat u een strik geworden bent voor Mizpa...... Mizpa ligt ten noorden van Jeruzalem, de berg Tabor ligt ten noordoosten van Jizreël. Toen God de zondige staat van Zijn volk Israël zag, zag Hij dat dit kwam omdat de leiders hen niet volgens Gods geboden leiding gaven.  Het zou verleidelijk zijn voor de priesters om het volk de schuld te geven, maar het was echt de schuld van het geestelijk leiderschap ( priesters ) en politiek leiderschap ( huis van Israël ) van het land. Hoewel het volk daarom niet vrijuit gaat. Het lijkt erop dat Mizpa en Tabor de hoofdplaatsen van de valse godsdienst waren geworden, in plaats van Bethel en Dan. Zie Amos 4 en Amos 5.

Ikzelf ken Efraïm en Israël, Efraïm bedrijft hoererij....... YHWH weet wat er in de harten van Efraïm en Israël leeft. Hij is op de hoogte van hun ontucht en afgodendienst. 


Hosea 5:4-9. Hun daden zijn er niet op gericht zich tot hun God te bekeren, want de geest van hoererij is in hun midden, en de HEERE kennen zij niet. 5. De trots van Israël getuigt openlijk tegen hem. En Israël en Efraïm zullen struikelen om hun ongerechtigheid, en met hen zal ook Juda struikelen. 6. Met hun schapen en hun runderen zullen zij de HEERE gaan zoeken, maar zij zullen Hem niet vinden: Hij heeft Zich aan hen onttrokken. 7. Zij hebben trouweloos gehandeld tegen de HEERE, want zij hebben bastaardkinderen verwekt. Nu zal de nieuwemaan hen met hun stuk land verteren! 8. Blaas de bazuin in Gibea, de trompet in Rama, sla alarm in Beth-Aven: Achter u, Benjamin! 9. Efraïm zal tot een woestenij worden op de dag van de bestraffing. Onder de stammen van Israël maak Ik bekend wat zeker is.


Hun daden zijn er niet op gericht zich tot hun God te bekeren.....   Men zit zó vast in de zonde dat het onmogelijk is er zich van los te maken. 

zij zullen  de HEERE gaan zoeken, maar zij zullen Hem niet vinden...... Het volk is vervuld van een verkeerde geest. Dan kun je wel pogingen doen om, wanneer ellendige omstandigheden daartoe nopen, de HERE te zoeken, maar dat is tevergeefs.  

Hij heeft Zich aan hen onttrokken..... We kunnen zo vast zitten in onze zonde en rebellie dat God ons gewoon aan onszelf overlaat. Meestal merken we het eerst niet eens, maar als we de HEER aanroepen en Hem niet vinden in onze nood, dan luistert Hij niet. God vraagt dat we breken met de zonde. Dan wil Hij Zich zeker weer laten vinden. Maar als oprechte bekering uitblijft, dan is het oordeel voortdurend nabij 

zij hebben bastaardkinderen verwekt...... hun geestelijke ontrouw bracht kinderen voort die buiten een eerlijk huwelijk geboren zijn.

Blaas de bazuin in Gibea, de trompet in Rama, sla alarm in Beth-Aven...... Er moet daarom alarm geblazen worden. Dat gebeurt met de bazuin of de ramshoorn. De plaatsen die in 5:8 genoemd worden, liggen aan de grens van het noordelijke Tienstammenrijk. Vandaar nadert de vijand, die het oordeel van de HERE over Israël/Efraïm uitvoert. 


Hosea 5:10-13 De vorsten van Juda zijn als verleggers van grenzen. Over hen zal Ik Mijn verbolgenheid uitstorten als water. 11. Efraïm is onderdrukt, zijn recht verbroken, want hij heeft het zo gewild: hij heeft gewandeld overeenkomstig het gebod. 12. Daarom ben Ik voor Efraïm als een mot, en voor het huis van Juda als een verrotting. 13. Toen Efraïm zijn ziekte zag en Juda zijn gezwel, ging Efraïm naar Assyrië en stuurde hij boden naar koning Jareb. Maar die zal u niet kunnen genezen, en van u het gezwel niet wegnemen.


De vorsten van Juda zijn als verleggers van grenzen..... De leiders van het zuidelijke Tweestammenrijk schrIkken niet van het gericht over hun buur- en broedervolk, maar misbruiken de situatie om hun gebied uit te breiden. Ook over Juda zal daarom het oordeel komen. 

Efraïm heeft het zo gewild: hij heeft gewandeld overeenkomstig het gebod........ Efraïm zondigde door te leven volgens de normen van de overheid, in plaats van die van God. Waarschijnlijk maakte hij ook deel uit van die overheid. We kunnen niet volgens menselijke voorschriften leven, tenzij we eerst Gods voorschriften verwerpen, en dat was precies wat Israël deed en wat we ook in onze samenleving zien gebeuren. Het gericht van de HERE is als een voortvretend verderf van binnenuit (5:12), maar ook als bruut geweld van buitenaf (5:14, 15a)

Efraïm stuurde boden naar koning Jareb..... Het vertrouwen stellen op een koning Jareb, in plaats van de HEER, is altijd dwaas en betekent zijn ondergang. Blijkbaar heeft men tegen de buitenlandse bedreiging de Assyriërs te hulp geroepen. Maar dat is tevergeefs (5:13).


Hosea 5:14-15 Want Ik zal voor Efraïm zijn als een felle leeuw, voor het huis van Juda als een jonge leeuw. Ik, Ik verscheur en ga; Ik sleep weg en er zal geen redder zijn. 15. Ik ga en keer terug naar Mijn woonplaats, totdat zij zich schuldig weten en Mijn aangezicht zoeken. In hun benauwdheid zullen zij Mij ernstig zoeken.


Ik zal voor Efraïm zijn als een felle leeuw..... Het gericht van de HERE is als een voortvretend verderf van binnenuit dat over Israël en Juda  (als een mot… zoals verrotting) komt (5:12). Maar het zou ook op voor de hand liggende, onmiskenbare manieren komen, als bruut geweld van buitenaf (5:14).  Zowel een mot als een leeuw (5:14) brengen vernietiging, alleen op verschillende manieren.

In hun benauwdheid zullen zij Mij ernstig zoeken.... De bedoeling van Gods oordeel is dat het leidt tot bekering. Dit was het doel van Gods oordeel over Israël. Het doel was niet vernietiging, maar herstel. Helaas is het vaak alleen in onze ellende dat we de HEER ernstig zoeken . Waarom zoek je de HEER niet nu, voordat de verdrukking je daartoe dwingt? Hiervoor worden de woorden al in de mond gelegd: (6:1a; vgl. 5:15b)


Hosea 6:1-3 Kom, laten wij terugkeren naar de HEERE, want Hij heeft verscheurd, maar Hij zal ons genezen; Hij heeft geslagen, maar Hij zal ons verbinden. 2. Na twee dagen zal Hij ons levend maken, op de derde dag zal Hij ons doen opstaan en zullen wij voor Zijn aangezicht leven. 3. Dan zullen wij kennen, wij zullen ernaar jagen de HEERE te kennen! Zijn verschijning staat vast als de dageraad. Ja, Hij komt naar ons toe als de regen, als late regen, die het land natmaakt.


Kom, laten wij terugkeren naar de HEERE......  ‘Komt, laat ons wederkeren tot de HERE!’ . Daarbij gaat het niet alleen om het verzorgen en helen van de wonden die geslagen zijn. Hij zal ons levend maken.... Er is niet minder nodig dan een nieuw leven (6:2). ’ … mijn zoon hier was dood en is weer levend geworden … ‘.  (Lukas 15:32)

Hij heeft verscheurd, maar Hij zal ons genezen...... Hosea bidt met de juiste instelling van zijn hart als antwoord op de kastijdende hand van God. In plaats van met God in discussie te gaan of zijn correctie kwalijk te nemen, leidt Hosea Israël in nederig gebed.

   … mijn zoon hier was dood en is weer levend geworden … 

Na twee dagen zal Hij ons levend maken, op de derde dag zal Hij ons doen opstaan..... Hosea bad dit gebed om herstel in het volle vertrouwen in Gods liefde en kracht in een gelovig weten dat God hen zou herstellen. Het  gebed bevat een subtiele profetie van Yeshua's opstanding op de derde dag. De context ondersteunt dit prachtig; aan het kruis werd Yeshua verscheurd en geslagen ter wille van ons, maar Hij werd bovendien overwinnend opgewekt op de derde dag. Deze profetie heeft niet alleen betrekking op de opstanding van Christus zelf, maar ook van allen die gehoorzamen aan de oproep in het voorafgaande vers om in berouw en geloof tot God terug te keren. 

Maar zoals Yeshua, die ook de naam Israël draagt (Jes. 49:3) kwam uit het graf, na twee dagen, op de derde dag. Zo zal ook Israël aan het eind van deze bedeling der heidenen, die twee dagen duurt, opstaan. Hosea spreekt deze profetie uit over Israël, die we pas kunnen begrijpen als we in gedachten houden dat voor God één dag als duizend jaar is en duizend jaar als één dag (Psalm 90:4 "Want duizend jaren zijn in Uw ogen als de dag van gisteren, wanneer die voorbijgegaan is, of als een wake in de nacht" of 2 Petrus 3:8 "Maar laat vooral dit u niet ontgaan, geliefden, dat één dag bij de Heere is als duizend jaar en duizend jaar als één dag"). 

 

De profetie leert dat Israël twee dagen door de HEERE wordt:
- verscheurd;
- geslagen;
Op de derde dag zal de YHWH Israël weer doen opstaan om voor Gods aangezicht te leven.  

Zijn verschijning staat vast als de dageraad...... In Hosea 6:3 benadrukt Hosea dat zijn verschijning vast staat als de dageraad; die is dus door niemand tegen te houden. 

Hij komt naar ons toe als de regen, als late regen...... het zal een heerlijke uitstorting van de Heilige Geest zijn bij de aanvang van Gods Koninkrijk (Joël 2:28-29). Efraïm zal tot vele volken zijn geworden. (Gen. 48:19) en zo zal heel Israël zalig worden. (Rom. 11:26)

Dan zullen wij kennen, wij zullen ernaar jagen de HEERE te kennen!..... Het gaat maar niet om verlossing uit de ellende, maar het gaat om de YHWH Zelf. ‘Ja, wij willen de HERE kennen, ernaar jagen Hem te kennen’ (6:3a). Zeg jij dat na?

 

Want Ik weet welke plannen Ik voor u heb,'zegt de HERE . Met deze plannen heb Ik uw geluk voor ogen, niet uw ongeluk. Ik wil u weer een toekomst en nieuwe hoop geven. Als u tot Mij bidt, zal Ik luisteren. U zult Mij vinden als Mij zoekt en het van Mij verwacht. Ja,' zegt de HERE , 'Ik zal Mij door u laten vinden en een einde maken aan uw slavernij. Ik zal u bijeenbrengen uit de plaatsen waarheen Ik u heb gestuurd en u daarna weer terugbrengen naar uw vaderland. Jeremia 29:11-14

Jur