To translate in English & other languages: click here!

Parasha Tsav Index


TSAV

Parasha Tsav (Beveel)

Leviticus 6:8 -8:36

Jeremia 7:21 - 8:3 + 9:23-24

Hebreeën 9:11-28

Gebied צַו tsav

Gebied Aäron en zijn zonen:
Dit is de wet voor het brandoffer.

Leviticus 6:8


Kort overzicht

Het eerste deel van de sidra van deze week (Leviticus hoofdstuk 6 en 7) vermeldt de wet van de offers en het tweede deel (hoofdstuk 8) vertelt over de wijding van Aäron en zijn zonen voor het werk van het priesterschap.

Volgens hoofdstuk 8 bracht Mozes Aäron en zijn zonen naar de deur van de Mishkan (tabernakel). Nadat hij ze eerst had gewassen, kleedde hij ze in hun priesterkleding. Als Hogepriester was Aäron gekleed met een unieke reeks kledingstukken ‘tot waardigheid en aanzien’ (Exodus 28:2), bestaande uit een tuniek, een sjerp, een jas, een efod en een borstplaat waarin de Urim en de Tummim. Op zijn hoofd werd een tulband geplaatst met een gouden plaat waarop 'Heilig voor YAHWEH' gegraveerd stond. De Misjkan en de priesters – de heiligste plaats op aarde en het heiligste volk op aarde – werden niet alleen voor God apart gezet met de heilige zalfolie, maar werden ook gezuiverd met het bloed van de hattat, het 'ontzondigingsoffer'.

Het bloed van het offer werd vervolgens aangebracht op de oorlellen, de duimen en de grote tenen van Aäron en zijn zonen. Ze werden letterlijk van top tot teen gewijd en gereinigd, om te bemiddelen tussen het volk en hun God. Vergeleken met de aanstelling van de Israëlitische priesters verbleekt de wijding van moderne religieuze functionarissen in het niets.

Bron