English & other languages: click here!

Psalm 112 - Het geluk van de oprechten

Omertelling Dag 45

Ook dit is weer een acrostische psalm, net zo als psalm 111, met letters uit het Hebreeuwse alfabet. Net als psalm 11 en andere psalmen begint Psalm 112 met Halleluja! Dit was zowel de persoonlijke lofprijzing van de psalmist als een aansporing aan anderen om Hem te loven.

In aansluiting op de vorige psalm wordt nu de 'man die de HEERE vreest' gelukkig genoemd en het eerste wat over hem gezongen wordt, is dat hij zelfs grote vreugde vindt in Gods geboden. 
Psalm 111 eindigde met de gedachte dat het ontzag voorYAHWEH het begin van wijsheid is; nu legt de psalmist de zegeningen uit van degene die YAHWEH vreest. We zien dat die zegeningen hier macht, overvloed en blijvende gerechtigheid inhouden.

Van degenen die rijkdom van de HEERE hebben ontvangen en Gods gerechtigheid hanteren zegt deze psalm dat ze genadig, barmhartig en rechtvaardig zijn (vers 4). 

Deze drie eigenschappen zijn afgeleid van Gods karakter, die zichzelf op de Sinaï daarmee aan Mozes bekend maakte (Exodus 34:6).  Er staat verder dat de oprechten in de duisternis het licht zien opgaan. In moeilijke tijden bespeuren ze vrede en troost in hun hart. Het blijkt dat de gezegende gelovige zich ontfermt en uitleent en dat ze eerlijk, naar recht hun zaken regelen. Hij deelt mild uit, hij geeft aan de armen. Zijn vertrouwen is op YAHWEH, Hij gaat vastberaden zijn weg. hij wankelt in eeuwigheid niet, ook blijft zijn naam bestaan, want zijn gdachtenis is in eeuwigheid. Hij raakt niet in paniek, hij weet dat zijn God sterker is dan zijn tegenstander. Zijn 'hoorn' symboliseert zijn verhoging en eer die de rechtvaardige zal ontvangen (Psalm 75:5; Psalm 89:18 en 25).    

Uit deze psalm blijkt dat God Zijn getrouwen graag wil zegenen met overvloed. Dat deed Hij ook bij David, die misschien wel de schrijver is van deze psalm. Hij was zo rijk dat, al mocht hij de tempel niet bouwen en dat moest overlaten aan Salomo, hij zijn grote rijkdom gebruikte om alle materialen voor de tempel alvast aan te schaffen. 

In onze tijd zien we dat mensen met een eigen gerechtigheid zelfs vaker de beschikking hebben over heel veel macht en overvloed, die uit een verkeerde bron komt. Hun plannen zullen uiteindelijk op niets uitlopen.    

Het is goed dat we dan op de vruchten letten, want er is een groot verschil. Hoe anders is het bij de ongelovigen. Ook bij godsdienstige ongelovigen. De rijken van deze wereld zijn ongenadig voor hen van wie ze geld en voordeel naar zich toe kunnen halen. We noemen ze ook wel eens graaiers of zakkenvullers. Ze gebruiken die rijkdom vrijwel uitsluitend voor eigen genot. Ze zullen hun macht gebruiken om te heersen. Ze zetten anderen bewust onder druk als hun dat voordeel zal opleveren. En ze willen altijd meer.  Satan kan zulke mensen goed gebruiken en beloont ze dan ook behoorlijk, zolang hij ze nodig heeft. Ook in de wereld van religie,  welvaartpredikers, voetbal, entertainment, de seksbranche, valt geld als water te verdienen. Dit is niet de zegen die God geeft. Het houdt in dat je moet knielen voor satan.  

De eer, het gewicht en de positie van degene die de HEERE vreest. is een reden van ergernis voor de goddeloze. Hij is knarsetandend boos en jaloers op de rechtvaardige. De psalm begon met de geheiligde  eigenschappen van de rechtvaardige, maar eindigt met de begeerte van de goddeloze, die vergaat. 

Ida