1 Thessalonicenzen 4


Samenvatting van 1 Thessalonicenzen hoofdstuk 4,

Een krachtig en pastoraal gedeelte waarin Paulus de jonge gemeente in Thessaloniki oproept tot een leven dat God eert:

 1. Leven in heiligheid (vers 1–8)

  • Paulus spoort de gelovigen aan om te leven zoals ze van hem geleerd hebben: in gehoorzaamheid aan God.
  • Hij benadrukt seksuele reinheid als een belangrijk onderdeel van heiligheid.
  • Christenen moeten hun lichaam beheersen in eer en respect, in tegenstelling tot de heidense cultuur waarin ze leven.
  • Het afwijzen van deze oproep is niet slechts een meningsverschil met Paulus, maar met God Zelf, die zijn Heilige Geest heeft gegeven.

2. Broederlijke liefde (vers 9–12)

  • Paulus prijst de gemeente voor hun liefde onder elkaar, die ze van God hebben geleerd.
  • Toch roept hij hen op om daarin nog overvloediger te worden.
  • Hij moedigt hen aan om rustig hun werk te doen, verantwoordelijkheid te nemen en een ordentelijk leven te leiden als getuigenis naar buitenstaanders.

 3. Hoopvolle troost bij de dood (vers 13–18)

  • Paulus biedt troost aan gelovigen die rouwen om overleden broeders en zusters.
  • Hij verzekert hen dat bij de wederkomst van Christus, de doden in Christus eerst zullen opstaan.
  • Daarna zullen de levenden samen met hen worden opgenomen in de wolken om de Heer te ontmoeten.
  • Deze boodschap is bedoeld als bemoediging en troost voor de gelovigen.

1 Thessalonicenzen 4:1-2
1. Verder, broeders, vragen wij u en roepen wij u er in de Heere Jezus toe op, dat u, zoals u van ons ontvangen hebt hoe u moet wandelen en God behagen, daarin nog meer overvloedig wordt.
2. Want u weet welke bevelen wij u gegeven hebben op gezag van de Heere Jezus.

1. Verder, broeders, vragen wij u en roepen wij u er in de Heere Jezus toe op, dat u, zoals u van ons ontvangen hebt hoe u moet wandelen en God behagen, daarin nog meer overvloedig wordt.
2. Want u weet welke bevelen wij u gegeven hebben op gezag van de Heere Jezus.