Job 41 - vervolg over de Leviathan

De Leviathan wordt voorgesteld als een mythisch zeemonster, een symbool van ontembare kracht en chaos. God gebruikt de Leviathan om Job te laten zien hoe nietig de mens is tegenover de schepping. Na al de vragen in de vorige hoofdstukken zou je een antwoord van God verwachten. Job krijgt geen direct antwoord op zijn aanklacht, wel een indirect antwoordZijn blik wordt naar buiten gericht naar de ontzagwekkende schoonheid van de kosmos, waarin de mens niet centraal staat.

Hij ziet dat Gods wereld ontzagwekkend en fascinerend is,  God vervolgt zijn uiteenzetting over de leviathan waarbij opnieuw veel kenmerken van het dier aan de orde komen. 

Als we die allemaal lezen zullen er niet veel mensen zijn die dit dier durven naderen. Doen ze dat toch, dan is dat tevergeefs: een getrokken zwaard houdt geen stand, evenmin als een lans, een werphout of een harpoen. 

Enkele kenmerken:

🛡️ Fysieke kenmerken

  • Onkwetsbare huid: Zijn huid is zo hard dat geen speer, zwaard of harpoen hem kan doorboren.
  • Schubben als pantser: De schubben zitten zo dicht op elkaar dat er geen lucht tussen komt—een perfect pantser.
  • Krachtige kaken: Zijn tanden zijn angstaanjagend en zijn bek is een val van dood.
  • Vlammen en rook: Uit zijn bek komen vlammen, vonken en rook—alsof hij vuur ademt.
  • Ogen als de dageraad: Zijn ogen stralen als de morgen—een beeld van dreigende majesteit.

💪 Gedrag en kracht

  • Ongetemd: Geen mens kan hem temmen of als huisdier houden. Hij is geen speelbal.
  • Onverschrokken: Hij lacht om speren en zwaarden. Zelfs de sterksten sidderen voor hem.
  • Beheerst de zee: Hij maakt de diepte kolkend als een pot en laat een glinsterend spoor achter—alsof hij de zee in vuur zet.

🧠 Symboliek

  • Chaos en macht: Leviathan staat symbool voor krachten die buiten menselijke controle vallen.
  • Gods superioriteit: Alleen God kan Leviathan beheersen. Dit onderstreept Gods almacht tegenover Job.
  • Trots en hoogmoed: Leviathan wordt ook gezien als een beeld van trots—een kracht die alleen door God kan worden neergehaald.

Job 41:1-3
3. Niemand is zo onverschrokken dat hij hem wakker maakt; wie is dan degene die staande kan blijven voor Mijn aangezicht?
2. Wie treedt Mij tegemoet, zodat Ik het hem zou vergelden? Wat onder heel de hemel is, is van Mij.
3. Ik zal niet zwijgen over zijn ledematen, over zijn geweldige kracht, en over de fraaiheid van zijn gestalte.

Niemand is zo onverschrokken dat hij hem wakker maakt...... niemand haalt het in zijn hoofd om zo'n bedreigend wezen wakker te maken. Maar wie is dan degene die staande kan blijven voor Mijn aangezicht.......? hoe zit het dan met je houding tegenover de almachtige God, de Schepper van de Leviathan? Die God is heus niet zo aardig als zoals men hem vaak beschrijft; als Iemand die het kwade wel door de vingers ziet. Job heeft Gods terughoudendheid ook ervaren, niet vermoedend wat daar de oorzaak van was. De God van de Bijbel vraagt erkenning van Zijn allerhoogte positie en stelt voorwaarden van gerechtigheid die we in de Bijbel kunnen lezen. 

Wie treedt Mij tegemoet, zodat Ik het hem zou vergelden........? Je kunt geen rechten bij God opeisen. Hij is niemand iets schuldig. Maar wie Hem kent en Hem liefheeft weet dat Hij een overvloedig gevende God is. Zelfs als er zaken zijn die Hij je - zoals dat voelt - onthoudt, dan heeft Hij daar een hele goede reden voor, en Hij hoeft zich niet te verantwoorden. Ook daarin zoekt Hij het beste voor jou en Zijn Koninkrijk.  Alles wat onder heel de hemel is, is van Mij..........zegt God, daarom kunnen wij niets eisen maar ook niets geven, want alles waarover we beschikken is van Hem. 

Job 41:3-8
3. Ik zal niet zwijgen over zijn ledematen,
over zijn geweldige kracht,
en over de fraaiheid van zijn gestalte.
4. Wie zou de bovenkant van zijn gewaad durven opslaan?
Wie durft zijn dubbele pantser te benaderen?
5. Wie kan de deuren van zijn gezicht openen?
Rondom zijn tanden is verschrikking.
6. Zeer machtig zijn zijn sterke schilden,
elk gesloten als met een nauwsluitend zegel.
7. Het ene zit zo dicht op het andere,
dat de wind er niet tussen kan komen.
8. Zij kleven aan elkaar,
zij grijpen in elkaar en kunnen niet gescheiden worden.

Ik zal niet zwijgen over zijn ledematen........ nu gaat God de macht en glorie beschrijven van het bijzondere wezen dat door Hem geschapen is, en hij wijst daarbij op de details. Maar ook zijn kracht is zo geweldig. En zijn gestalte is indrukwekkend en fraai. Wie zou de bovenkant van zijn gewaad durven opslaan........?  volgens de studiebijbel kan dit ook betekenen "het afstropen of villen van de bovenhuid" (een soortgelijke taal constructie vindt men in Jes. 25:7 waar de sluier van de volken wordt weggenomen.) Wie durft zijn dubbele pantser te benaderen.......? Met zwaarden en harpoenen kom je daar niet doorheen. Wie kan de deuren van zijn gezicht openen......?  die muil durft geen mens aan te raken en dan die verschrikkelijke tanden die tevoorschijn komen. In de volgende drie verzen worden de schubben beschreven. Die sluiten zo dicht op elkaar aan dat wind en water er niet doordringt. Het grijpt zo nauw in elkaar zodat niets het uit elkaar kan trekken.

Job 41:9-12
9. Zijn niesen laat een licht schijnen, en zijn ogen zijn als de oogleden van de dageraad.
10. Uit zijn bek komen fakkels, vurige vonken ontsnappen eruit.
11. Uit zijn neusgaten komt rook, zoals bij een kokende ketel en een smeulend riet.
12. Zijn adem zet kolen in brand, uit zijn bek komt een vlam.

9. Zijn niesen laat een licht schijnen, en zijn ogen zijn als de oogleden van de dageraad.
10. Uit zijn bek komen fakkels, vurige vonken ontsnappen eruit.
11. Uit zijn neusgaten komt rook, zoals bij een kokende ketel en een smeulend riet.
12. Zijn adem zet kolen in brand, uit zijn bek komt een vlam.